Juffenmoe

Mijn meesterproef. Vijf weken voor de klas, om te laten zien wat ik allemaal heb geleerd of waar ik nog winst te behalen heb. Helaas verloopt het niet zoals ik me had voorgesteld. Sterker nog. Het gaat goed mis. Ik verlies mezelf, loop de hele dag achter de feiten aan en krijg het niet voor elkaar de boel te managen. Tablets zijn niet opgeladen, er vallen gaten in het rooster en ik krijg het zelfs voor elkaar een les te beginnen terwijl de werkbladen nog beneden in de printer liggen. Op vrijdagmiddag werd ik door mijn collega’s liefdevol bij elkaar geveegd. Met extra tips en aanmoediging begon mijn weekend. Een weekend waarin ik 48 uur de tijd had om te bedenken hoe ik de komende vier weken in godsnaam zou gaan overleven.

Echt een ochtendmens ben ik nooit geweest. Maar vanaf die maandag veranderde er iets abrupt in mijn ochtendritueel. Ik wil niet meer opstaan. Ik wil niet naar stage. Ik wil geen juf meer zijn. Het idee dat ik vandaag 26 beginnende pubers, in een combinatieklas, iets moet leren, de administratie moet bijhouden én structuur in de klas moet creëren en behouden maakt me moedeloos.

Nadat ik de onzichtbare olifant van mijn hoofd heb weten te tillen, sleep ik mezelf naar mijn stageschool. Laat, vermoeid en verward. Vlak voordat de kinderen binnenstormen breek ik in duizend stukjes. Dan zonder ik me even af in een leeg lokaal. Ik leg mijn hoofd op het bureau. “Laat me hier maar liggen en maak me over drie maanden maar wakker” denk ik, terwijl ik probeer mezelf bij elkaar te rapen om deze dag te vervolgen. Mijn begeleiders worden opgetrommeld en diezelfde middag hebben we een gesprek over hoe het verder moet. Één ding is zeker, niet op deze manier.

Ik moet veranderen, de kinderen niet. Ik moet leren om te gaan met onverwachte situaties. Voor een groot deel zit ‘m dat in voorbereiding en planning. De dag moet voor de kinderen zo voorspelbaar mogelijk zijn, en ik ben de voorspeller. Omdat ik van minuut tot minuut weet wat er gaat gebeuren en hoe ik het wil hebben. Iedereen is begripvol en ik blijk (helaas) niet de enige te zijn die zich door moeilijke momenten heen slaat als leerkracht. Mijn stage wordt tijdelijk stilgelegd. Ik baal, maar ben opgelucht tegelijk.

Wanneer ik later op de dag de draad weer oppak en een taalles geef aan groep 7, loopt mijn studieloopbaan begeleider knipogend de klas in. Ik zie dat hij weet hoe ik me voel en wat de situatie is. Ik hoef hem niks meer uit te leggen. “Hey, jij bent toch de meester van meneer Gijs?” roept Bekir hem na, wanneer hij weer wegloopt. “Dat klopt” zeg ik “Dat heb je goed onthouden. Maar hij is ook mijn meester hoor.” Bekir kijkt me vol verbazing aan. “Huh? Maar jij bent toch al juffrouw?”

Was dat maar waar jongen. Was. Dat. Maar. Waar.

Tessa Otten maart 2017 via Juf Tessa Typt

1 gedachte over “Juffenmoe”

  1. Wat een mooie zelfreflectie. Gebeurde dit soort reflecties maar vaker. Dan was er veel minder sprake van te voorkomen verzuim of talenten die het onderwijs teleurgesteld verlaten.
    Knap!

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.