Het is alweer een hele tijd geleden dat ik schreef over dit onderwerp. Dat betekent niet dat ik niet meer aangehaakt ben, sterker nog, inmiddels begeleid ik steeds meer mensen in mijn atelier die een connectie met hoogbegaafdheid hebben en ik leer en geniet er volop van.
De scherpte en de emoties die het onderwerp hoogbegaafdheid met zich mee brengen zijn niet eenvoudig. Er wordt steeds meer over geschreven en er ook is steeds meer aandacht voor het onderwerp in de media. Dat is mooi en nodig, maar zet soms ook inzichten en meningen lijnrecht tegenover elkaar. Dat vind ik lastig.
Jaren geleden zette ik mijn verhaal op papier middels verschillende blogs. De reacties die ik daarop kreeg waren overweldigend. Via persoonlijke berichtjes kreeg ik veel contact met andere ouders en met professionals. In het begin voelde ik me daardoor gehoord en gezien en voelde ik vooral verbondenheid met mensen die hetzelfde meemaakten of vanuit hun professie veel over het onderwerp wisten. Inmiddels voelt dit anders en deel ik minder.
Mijn dochter is hoogbegaafd en zoveel meer. Ze is op weg om een mooi volwassen mens te worden. Ze heeft hierbij voor de reguliere weg gekozen. Vanuit voltijd hb onderwijs stroomde ze in op de VO school om de hoek. Haar sterke wil om dit te willen en de connectie met de wijk en het dorp weer te maken, zorgde ervoor dat ze er nu haar plekje heeft. Het had evengoed anders kunnen gaan, maar dat is niet gebeurd.
Dat wil ook niet zeggen dat er geen hobbels en bobbels zijn. Dat wil vooral zeggen dat het zo goed is voor haar en dus ook voor ons. Wij hebben een kind in een reguliere setting waar het goed mee gaat. Dat is gek genoeg geen handig verhaal in een tijd waarin er veel aandacht is voor de problemen. Soms krijg ik het gevoel dat ik het niet zo mag zien aangaande mijn kind, dat ik té positief ben. Dat het niet goed kán gaan. Dat ik trauma’s aan het negeren ben. Dit geluid haal ik niet zozeer uit mijn eigen omgeving, maar wel uit de vele publicaties, artikelen en andere berichten.
Door de ervaringen uit mijn atelier merk ik natuurlijk ook dat er veel kinderen zijn die tussen het wal en het schip geraken in het onderwijs. Die het heel zwaar hebben en waar het reguliere systeem niet of nog niet voor werkt. Met alle gevolgen van dien. De problematieken van de kinderen die ik begeleid lopen uiteen. Ik werk niet enkel en alleen met het hoogbegaafde kind.
Voor kinderen aan de onderkant is het passend onderwijs wel op orde lees ik vaak. Daar weten we meer over. Ik weet niet of het zo is.
Wat ik wens is dat we het niet meer hebben over de onderkant, de bovenkant of welke kant dan ook. Wat ik wens is dat we leren van diagnoses en testresultaten, maar ze niet centraal zetten. Ik zou wensen dat we de kinderen met hun onderwijsbehoeften centraal zetten. Dat we die behoeften beter zien. Ik zou wensen dat kinderen nog vaker het gevoel meekrijgen dat ze mogen zijn en dat ze de moeite waard zijn om maximaal te mogen leren.
Gelukkig mocht ik het afgelopen jaar prachtige ervaringen opdoen in samenwerking met scholen en ouders waarin dit lukte. Maar dat is geen handig verhaal in een tijd waarin er veel aandacht is voor de problemen. Of misschien toch wel?
Lizette Knuvers Mijland
Het onderwijs zou ook een parcours mogen worden met het lerende kind dat de ‘route’ mee kan bepalen.
Ruimte om mee te mogen bepalen. Mooi!