Op 14 november organiseerden we een studiemoment voor interne cultuurcoördinatoren en vakdocenten in ons bijzondere museum De Pont. Dergelijke momenten organiseren we bij CiST (Cultuur in School Tilburg) vaker en dat is best een uitdaging.
Wij vinden het onze verantwoordelijkheid om onze mensen uit de kunstwereld en het onderwijsveld echt iets te bieden. Tijd is kostbaar en in het onderwijs bevinden we ons in roerige tijden. Aanspraak maken op de tijd van mensen kan dus alleen als er noodzaak is om het te doen.
Die noodzaak is er. Meer dan ooit. Onderwijsdiscussies zijn steeds scherper. Het lerarentekort is een serieus probleem. Daarnaast verbaas ik mij er vaak over met hoe weinig middelen de cultuurwereld het moet doen. We vinden cultuur belangrijk, maar willen er niet echt in investeren. Waar ik de afgelopen jaren veel heb getwijfeld over mijn stap naar een verbindende baan in de onderwijsschil, kwam ik er dit jaar achter dat dit juist is wat ik moet doen. Mijn aanwezigheid in het primaire proces is niet meer noodzakelijk. Juist in de verbinding zit mijn kracht. Doordat er letterlijk meer afstand tot dat proces is kan ik beter beschouwen en reflecteren op de complexe onderwijswereld. De cultuurwereld kan mijn onderwijsinzichten ook gebruiken. Deze twee werelden mogen elkaar echt beter gaan versterken. Er is zoveel mogelijk.
Terug naar de noodzaak.
Ik citeer uit het boek Kunst = taal en rekenen (Wolf Brinkman, Elsje Miedema, Catrien Schreuder):
Kinderen worden op school met een breed aanbod van verschillende vakken, taal en rekenen voorop, toegerust voor een succesvolle toekomst. Wanneer taal- en rekenprestaties achterblijven, ontstaat de neiging nog steviger in te zetten op juist die specifieke vakken.
Dat nog steviger inzetten op de prestaties die achterblijven zit mij dwars. De toenemende focus op dat wat niet goed gaat bij kinderen en veel minder op dat waar de energie bij kinderen zit. Dat kan en moet anders, wat mij betreft.
Het uitnodigen van de schrijver Wolf Brinkman van bovenstaand boek leek mijn collega Robin Brugman van Cultlab een uitgelezen kans om onze collega’s wakker te schudden. Het verbeteren van reken- en taalprestaties kan naast een goede gedegen instructie ook nog op zoveel andere manieren. Wolf bleek de uitgelezen man om dat te vertellen.
‘Kunst maken, heb ik geleerd, vergt vooral veel transpiratie. Hard werken aan niks, je vastbijten, verbazen, verwonderen en verdiepen, maken en weer stukmaken. En om dat proces een beetje chaotisch te laten verlopen: twijfelen. Dat maakt de wil zacht. Als kunstenaar maak je meters, heel veel meters. Wát, alweer plakband? Ja alweer plakband omdat je nooit uitgekeken raakt op plakband, of verf, of een wit doek of de betekenis van het woord ‘liefde’. Als kunstenaar lesgeven is voor mij helemaal niet vreemd. Lesgeven is een voortzetting van de natuurlijke neiging van kunstenaars om te communiceren. Kinderen zijn daarbij mijn gereedschap. En terwijl ik ze daarvoor “gebruik” hoop ik dat ze er beter van worden. Dat ze leren.’
Hij vertelde op die avond van 14 november over zijn inzichten en meteen zat iedereen in zijn verhaal. Wolf vertelde over de lessen die hij gaf op verschillende scholen in Rotterdam en hij raakte ons er allemaal mee. Vooral het onderzoek naar het thema NIETS was geniaal. Met plakband NIETS vangen, experimenteren met wit papier, wit potlood en water.
Kinderen leren zoveel van onderzoek. Ze leren dat er verschillende perspectieven zijn en dat iedereen op zijn eigen manier kijkt. Alle ideeën binnen een onderzoek zijn waardevol. Binnen het creatieve proces noemen we dat divergeren. Natuurlijk leren we kinderen ook convergeren. Kiezen, maar het beste idee bestaat niet in de kunsten. Kijk maar eens naar de koffiepotten van Klaas Gubbels. De ultieme koffiepot bestaat niet. Elke koffiepot heeft wel iets of niets.
De avond in De Pont heeft mij positief gestemd. De reacties zowel van leraren als van de vakdocenten waren fijn. Zelden zag ik mensen zo aangehaakt en betrokken. Mensen ervoeren weer wat lucht in ons overspannen onderwijsland en kregen nog meer zin om te werken met de kinderen op onze scholen. Het onderzoek met hen aan te gaan en samen te genieten van dat proces. Voor ons van CiST was het een fijne bevestiging van onze overtuigingen. De overtuiging dat cultuureducatie het onderwijs kan versterken. Dat de maat en de onmaat binnen dat onderwijs allebei nodig zijn en dat een discussie daarover minder zinvol is. Het gesprek erover vinden we wel zinvol en we willen je in 2020 graag helpen met de antwoorden op de HOE- vraag. De WAAROM-vraag kunnen we overslaan toch?
Lizette Knuvers Mijland @lmijland
Adviseur CiST en eigenaar Onderwijskoppen